Overeenkomstig artikel 17 § 2, 1° d) van de wet van 24 december 1993 kan er bij onderhandelingsprocedure zonder naleving van de bekendmakingsregels worden gehandeld in het geval van een overheidsopdracht voor aanneming van werken, leveringen en diensten wanneer enkel onregelmatige offertes ingediend werden ingevolge aanbesteding of offerteaanvraag, of indien slechts onaanvaardbare prijzen werden voorgesteld, voor zover:
- de oorspronkelijke voorwaarden van de opdracht niet wezenlijk gewijzigd werden en;
- de aanbestedende overheid alle inschrijvers raadpleegt die voldoen aan de minimumeisen op beroeps-, economisch en technisch vlak, zoals bepaald door de Koning, en die een offerte indienden die aan de formele eisen van de eerste procedure voldeed;
Volgens de Raad van State moet artikel 17 § 2 van de wet van 24 december 1993 strikt worden geïnterpreteerd en draagt, diegene die er zich op beroept, de bewijslast dat er uitzonderlijke omstandigheden bestaan die een beroep op de onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking rechtvaardigen (zie in dezelfde zin: R.v.St. nr. 174.070, 22 augustus 2007, www.raadvst-consetat.be). De inhoud van artikel 17 § 2 van de wet van 24 december 1993 is quasi identiek overgenomen in artikel 26 § 1, 1° e) van de nieuwe overheidsopdrachtenwet.
Indien een aanbestedende overheid beslist om zich te beroepen op de onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking omdat tijdens een eerste gunningsprocedure ingevolge een algemene offerteaanvraag enkel onregelmatige offertes werden ingediend of indien slechts onaanvaardbare prijzen werden voorgesteld, mogen geen gunningscriteria van de eerste gunningsprocedure tijdens de onderhandelingsprocedure worden geschrapt. Dat heeft de Raad van State (Franstalige kamer) in haar arrest van 23 april 2008 beslist (R.v.St nr. 182.272, 23 april 2008, www.raadvst-consetat.be).
Nadat een procedure van algemene offerteaanvraag niet het verhoopte resultaat had opgeleverd, besliste de aanbestedende overheid, in casu ‘La Société Publique d’Aide à la Qualité de l’Environnement’, zich op de onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking te beroepen. Hoewel de aanbestedende overheid bij de aanvang van de onderhandelingsprocedure er de inschrijvers had op gewezen dat de onderhandelingen over de prijs zouden verlopen overeenkomstig de voorwaarden die van toepassing waren in het kader van de procedure van de algemene offerteaanvraag, besliste de aanbestedende overheid net voor de indiening van de nieuwe prijsofferte in het kader van de tweede onderhandelingsfase, om niet langer rekening te houden met het derde (10 punten op 100) en het vierde gunningscriterium (5 punten op 100). Hierdoor miskende de aanbestedende overheid artikel 17 § 2, 1°, d) van de wet van 24 december 1993.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten